Vlijtstraat
Opleidingsschool voor metaalarbeider Vlijtstraat Utrecht.
Om aan de toenemende vraag naar metaalarbeiders te kunnen voldoen voor de oorlogsindustrie
werd een gebouw in de Vlijtstraat ingericht, die voorheen in gebruik was als centrale werkplaats waar werklozen een nieuw vak konden leren.
Er was veel vraag naar vak mensen voor de vliegtuig industrie.ze kregen een oproep van het gewestelijk Arbeids bureau Utrecht deze selecteerde geschikte jonge mannen die daarna uitgezonden werden naar de diverse fabrieken in de vliegtuig bouw.
Na verbouwing werd het gebouw geopend op 2-7-1942 als Junkers ausbildungs-werkstatt
De cursisten werden opgeleid tot machine arbeider of metaal arbeider.
In 1942 werd dat omgezet naar een metaalarbeiders opleiding special voor de Junkers fabrieken
In 1942 was het vrijwillig daarna in 1943 werd het een verplichte spoedopleiding metaalarbeider voor de Arbeitseinsetz.
In mei 1943 moesten mannen van 18 tot 35 jaar zich melden om in Duitsland te werk gesteld te worden, de zogenaamde arbeitseinsatz, via het gewestelijk arbeids bureau afdeling metaal werden mannen geselecteerd om omgeschoold te worden tot metaalarbeider.
De opleiding nam 9 tot 12 weken inbeslag 2 uur per dag had men theorie en 6 uur praktijk metaalbewerking en bediening van de machines.
Er konden 40 tot 50 cursisten per maand afgeleverd worden.
Theorielokaal
Gijs Beker aan de draaibank
Tijdens de opleiding kregen ze een gratis warme maaltijd aangeboden,
Een eetkaart moest je kopen, men kon op de eetkaart brood, soep, worst, boter, verkrijgen waarvoor je dan een eetkaartbon moest inleveren, er werd loon betaald.
Na afloop van de opleiding werden ze als dwangarbeiders ingezet bij de vestigingen van Junkers in Duitsland waar bommenwerpers werden gebouwd.
Veel van deze cursisten vertrokken naar Fritzlar om te werk gesteld te worden bij Junkers werke
De meeste waren nog erg jong 18 tot twintig jaar met wat ouderen die al een gezin hadden.
Om de 14 dagen vertrokken er jongens naar Fritzlar ze namen pakjes mee met etenswaren voor de jongens die daar al waren, ze kenden elkaar allemaal, de pakjes werden meegegeven door moeders of de vrouwen van de getrouwde mannen.
